Beestig

Oorsprong – waar komt de burmees vandaan?

De burmees is afkomstig uit Birma, een regio die overeenkomt met het huidige territorium van Myanmar. Je zou misschien denken dat de heilige Birmaan ook uit die regio afkomstig is, maar dat is helemaal niet het geval. Zo ontstaat er wel vaker verwarring tussen de beide kattenrassen. In Birma stonden de Burmezen van oudsher bekend als katten van de monniken, waar zij in de tempels zaten en ook wel Maeo Thong Daeng genoemd werden. Behalve deze summiere info, is er weinig gekend over de geschiedenis van de burmees in haar land van oorsprong. 

In de twintigste eeuw kwam de burmees in Noord-Amerika terecht, nadat een arts uit de Verenigde Staten een dier had meegenomen naar San Francisco. Aanvankelijk dacht men dat het om een Siamees ging, maar terugkruisingen bewezen dat het ras een totaal andere genetische samenstelling had dan de Siamees. In de Verenigde Staten werd toen verder gefokt met deze burmees. In Engeland kent het ras echter een andere geschiedenis, waardoor er twee afzonderlijke rasstandaarden ontstaan zijn. De verschillen tussen beide rasstandaarden zijn zo groot dat bepaalde Burmezen uit de ene regio in de andere niet erkend worden als Burmezen. 

In Europa vinden we vooral het Britse type van de burmees terug, dat via Engeland in Duitsland is beland. Vanuit Duitsland heeft de Britse burmees zich verder verspreid doorheen heel Europa. Het Amerikaanse type is dan weer vooral terug te vinden in Nieuw-Zeeland, Australië en – uiteraard – de Verenigde Staten. 
 
 

Uiterlijk – hoe herken je een burmees? 

Zoals je ondertussen al weet, zijn er twee verschillende rasstandaarden voor de burmees. Een belangrijk verschil tussen beide Burmezen zit in de lichaamsbouw. Waar het Britse type een zeer slank en atletisch lijf heeft, is het Amerikaanse type sterk gebouwd met een brede borst. De burmees heeft een wigvormige kop waarop grote oren en ogen staan. De grote ogen van deze kat zijn amandelvormig en kunnen verschillende kleuren hebben, waaronder goud en amber. 

De burmees heeft een zachte, lichte vacht. Door haar geschiedenis in Zuidoost-Azië is die aangepast aan een erg warm klimaat. Daarom heeft ze ook erg weinig ondervacht, wat ervoor zorgt dat de vacht van de burmees weinig verzorging nodig heeft. Er zijn wel tien verschillende kleuren die erkend worden bij dit kattenras: chocolade, blauw, lila, seal, rood, crème, chocolade-tortie, blauw-tortie, seal-tortie en lila-tortie. 

 
 
Grootte en gewicht – hoe groot en zwaar wordt de burmees?

De Britse burmees weegt gemiddeld vijf kilogram. De Amerikaanse burmees is met haar sterke bouw iets zwaarder dan het Britse type. 

 
 
Karakter en opvoeding – de burmees is een echte mensenvriend

De burmees is een erg aanhankelijke en mensgerichte kat. Ze houdt ervan om aandacht te krijgen en spelletjes te spelen met haar eigenaar. Verwacht je ook aan diepe, filosofische gesprekken, want deze kat houdt van een babbeltje. Omdat dit zo’n sociale kat is, houdt ze er vaak niet van om alleen gelaten te worden. Daarom schaf je best meteen twee katten aan als je een burmees in huis haalt. Zo weet je zeker dat jouw maatje nooit alleen zit!

Naast sociaal is de burmees ook erg intelligent en nieuwsgierig. Dat betekent dat ze graag zowel fysiek als mentaal uitgedaagd wordt. Zorg dus zeker voor voldoende speeltjes die je kat zowel alleen als met jou kan spelen. Je kan haar ook trucjes aanleren, maar voor een burmees is dat vaak niet voldoende. Deze katten hebben echt nood aan actie in hun leven en die nood kan enkel vervuld worden als je je kat buiten laat. Daarom kan het handig zijn om een tuin te hebben waarin je burmees kan rondrennen. Ook een balkon waar ze kan klimmen of een uitdagende kattenren vormen een goed alternatief. 

Voeding en verzorging – welke verzorging heeft een burmees nodig? 

Zoals we hierboven al vermeld hebben, is een belangrijk onderdeel van de verzorging van de burmees het aanbieden van voldoende fysieke en mentale stimulatie. Je kan deze kat pas echt gelukkig maken als ze voldoende uitgedaagd wordt en haar energie kan kwijtraken. Zorg voor ruimte buiten waar je kat naar hartenlust kan klimmen, zich verstoppen en rondrennen. Onthoud ook dat als je een burmees opsluit in huis, ze waarschijnlijk zelf op zoek zal gaan naar klimmogelijkheden en dan zouden je gordijnen wel eens het slachtoffer kunnen worden. 

De vachtverzorging van de burmees is heel eenvoudig: kam tijdens de ruiperiode regelmatig de vacht van je kat om losse haren te verwijderen of wrijf de dode haren weg met een vochtige microvezeldoek. Buiten de ruiperiode zijn borstelbeurten niet zo noodzakelijk, maar uiteraard kan je je burmees wel eens verwennen, aangezien ze enorm van aandacht houdt. 

Wat de voeding betreft, geef je de burmees net als alle katten best een kwaliteitsvolle voeding. Omdat katten carnivoren zijn, hebben zij nood aan eiwitrijke voeding. In de natuur haalt de kat die eiwitten uit haar prooien, dus als zij binnenshuis leeft, moeten de eiwitten op een andere manier in haar voeding terechtkomen. Bovendien is het belangrijk om op zoek te gaan naar voedsel met zo weinig mogelijk koolhydraten – die zijn namelijk moeilijk te verteren voor katten. 

 
 
Gezondheid en levensverwachting – voor welke kwaaltjes en ziektes is de burmees vatbaar?

 Bij het fokken van de burmees werd gebruik gemaakt van een kleine genenpool. Dat betekent dat er veel genen zijn die terugkeren in de stamboom en er dus al snel sprake is van inteelt. Waarschijnlijk komt dat omdat slechts een klein aantal dieren uit Zuidoost-Azië geïmporteerd werden, waarmee verder gefokt werd in Engeland en de Verenigde Staten. Door die kleine genenpool is het ras ook vatbaar voor verschillende erfelijke ziektes:
 

• Geriatisch vestibulair syndroom: bij deze aandoening is er sprake van een ontregeld evenwichtsorgaan op oudere leeftijd. Een aanval van deze aandoening ziet er heftig uit, maar meestal leert een dier er goed mee leven.
   
• Diabetes mellitus: katten kunnen net als mensen diabetes hebben. Net als bij mensen is de ziekte ongeneeslijk, maar hij is wel goed te behandelen waardoor de kat niet sterft aan deze aandoening.
   
• Hypokaliëmie: bij deze aandoening wordt er een tekort aan kalium in het bloed gevonden. Afhankelijk van hoe hoog het tekort is, kan de ziekte dodelijk zijn.
   
• Endocardiale fibroelastosis: bij deze ziekte is er sprake van een verdikking van de bekleding van de hartspier. 

Waarop moet je letten bij het kiezen van een burmees?

Ben jij er na het lezen van dit artikel van overtuigd dat de burmees een geschikt maatje is voor jou en dat jij haar alle aandacht kan bieden die zij nodig heeft? Perfect! Dan kan je nu op zoek naar een goede fokker die jou een kleine burmees (of twee) gunt. Maar hoe weet je precies wie een goede fokker is en wie niet? Geen zorgen, wij helpen je graag op weg met deze checklist.
 

• Een goede fokker heeft nooit meer dan twee nestjes tegelijkertijd. Het is namelijk belangrijk om de kittens al op jonge leeftijd een goede socialisatie te geven. Je kan ook van het gedrag van de kittens en de moederkat afleiden hoe het zit met de socialisatie. Hoe reageren zij op jou? Komen ze meteen naar je toe of blijven ze eerder afzijdig? Hoe reageren ze op luide geluiden? Zijn ze gewend aan een druk gezinsleven met veel bezoek?
   
• Hoe zien de leefomstandigheden van de katten eruit? Leven zij in huis bij de fokker? Hoe zien de eet- en drinkbakjes eruit? Hebben ze voldoende ruimte om te bewegen en te spelen? Zit de moederkat bij de kittens? Als je de moederkat kan zien, kan je ook een idee krijgen van hoe jouw toekomstige kitten zich zal gedragen en hoe zij er uiteindelijk uit zal zien. Als je merkt dat de leefomstandigheden niet goed zijn en het misschien om een broodfokker gaat, is het belangrijk om geen kitten te kopen uit medelijden. Je denkt misschien dat je de kittens helpt door hen uit die situatie te redden, maar eigenlijk houd je gewoon de wanpraktijken van de broodfokker in stand …
   
• Als jij ervoor kiest om over te gaan tot de aankoop, is je kitten gechipt, gecastreerd of gesteriliseerd, geregistreerd, ingeënt en ontwormd voor zij naar jouw huis komt. Ook is het belangrijk dat je enkele belangrijke documenten meekrijgt, zoals de stamboom en het vaccinatieboekje. 

Breng zeker ook eens een bezoekje aan het asiel. Daar zitten enorm veel dieren te wachten op een tweede kans. Wie weet vind je wel een burmees (of een ander kattenras) via de herplaatsingsdienst van de rasvereniging. De medewerkers zullen je alvast graag op weg helpen om een geschikt vriendje te vinden dat perfect bij je past. Zij kennen de dieren tenslotte door en door!