Honden nemen hogere frequenties waar dan mensen. Waar wij geluiden tot 20.000 Hz kunnen waarnemen, kunnen honden zelfs 45.000 Hz aan. Ze kunnen dus geluiden opvangen in het ultrasone bereik dat mensen niet meer kunnen horen. Een hond hoort niet alleen hogere tonen, maar hij hoort ook tot viermaal verder. Bovendien kunnen honden de bron van een geluid binnen zes honderdsten van een seconde vaststellen, veel sneller dan wij. Deze vaardigheden heeft de hond geërfd van zijn voorouder de wolf, die zijn menu van grote planteneters aanvulde met kleine dieren zoals muizen, die zeer hoge geluiden maken.
Toch lijkt het soms alsof je hond je maar niet wilt horen; tijdens het snuffelen zullen de meeste honden hun neus volgen. Dat is echt geen onwil, het is net zoiets als je partner niet horen als je net in een spannend boek zit te lezen. Bovendien hangt de kwaliteit van het gehoor ook een beetje af van het hondenras. Honden met hangoren horen doorgaans minder goed dan honden met rechtopstaande oren. Sommige rassen hebben de spitse, wendbare oren van de wolf behouden, maar veel andere hondenrassen hebben oren die hangend naast de kop bengelen.
Voor huishonden is een scherp gehoor soms zelfs een nadeel. Sommige honden hebben een zeer gevoelig gehoor en ontwikkelen een fobie voor bepaalde geluiden, zoals donderslagen op grote afstand. Ze horen soms ook vervelende omgevingsgeluiden die onze oren niet registreren, zoals het gezoem van elektronische apparaten. Hoewel honden dus prima kunnen horen, zijn ze nóg beter in het lezen van onze lichaamstaal. Daarom volgen ze doorgaans beter handgebaren op dan gesproken commando's, al kan dat ook een gevolg zijn van een belabberde training met een gebrek aan eenduidige intonatie.