1. De haan kraait voor dag en dauw
Een haan is een geweldig beest,
dat kon je hier al lezen. Het is vooral omwille van zijn gekraai dat sommigen hem liever kwijt dan rijk zijn. Helaas komt een haan nooit zonder kukeleku, dat ochtendlijk gezang moet je er dus bij nemen. Met zijn gekraai, waarbij hij zich groot maakt en helemaal uitstrekt, laat de haan aan iedereen weten wie er in zijn tuin de plak zwaait.
Hij begint daar al vroeg in de ochtend mee, voor de zon opkomt, maar ook gedurende de dag hoor je hem regelmatig de keel openzetten. Zitten er meerdere hanen in jouw buurt, dan kukelekuën ze tegen elkaar op: wie het het langste volhoudt, is dé gangmaker van de buurt: de ‘kraaiorde’ is bevestigd!
2. Het baltsgedrag van de haan
Een haan in de tuin zal je geregeld op vrijersvoeten aantreffen.
Hij probeert zijn hennen te versieren door te doen alsof hij lekkers gevonden heeft en verleidelijk te tokken. Soms lijkt hij voor z’n deerne te dansen: hij trippelt heen en weer omheen de kip, laat een vleugel over de grond slepen, heft een poot op, enzovoort. Wanneer hij vindt dat hij genoeg moeite heeft gedaan, pronkt hij met de nek- en staartveren en spreidt hij zijn vleugels. Volgens het boekje reageert de hen door zich gewillig tegen de grond te ‘drukken’, of door hem de laan uit te sturen. Al is lang niet elke haan daarvan onder de indruk: sommige mannetjes doen hun ding, eender wat mevrouw Tok daarvan vindt.
3. De haan bestijgt zijn hennen
Wanneer het zover is, gaat de haan op de rug van zijn kippetje staan.
Om zijn evenwicht te bewaren, grijpt hij enkele nekveren met z’n bek. Met zijn staart zoekt hij steun op de grond. Door middel van dit ‘treden’ of bestijgen bevrucht de haan meerdere eicellen in het lichaam van de kip. Na de daad bevestigt de haan zijn mannelijkheid met luid gekraai. Slaan de driften van jouw haan op hol en blijven je kippen achter met een kale plek op de rug? Dan kan je casanova vermoedelijk wat meer meiden onder zijn hoede gebruiken: een viriele haan kan makkelijk 8 tot wel 15 hennen aan.