Vraag
Waarom drinkt mijn kat liever uit een regenplas?
Vaak zie ik mijn katten op het terras uit een plasje met vies regenwater drinken. Het verse, propere leidingwater in hun drinkbak laten ze staan. Waarom doen ze dit, kan het kwaad en wat kan ik eraan doen?
Een regenplas is niet per definitie vies
Onze katten mogen dan al eeuwenlang in en rond onze huizen rondhangen, toch zijn ze evolutionair gezien nog niet helemaal aangepast aan het gedomesticeerde leventje. Hun wilde voorouders hadden enkel regenplassen, beekjes en poeltjes ter beschikking om hun dorst te lessen, en die gewoonte zit nog steeds in het instinct van onze huiskatten ingebakken. Dus als ze buiten op je terras zitten, waarom zouden ze dan de moeite nemen om naar binnen te gaan wanneer er vlak onder hun neus ook lekker water te vinden is?
Dit doet vermoeden dat een kat genoegen neemt met om het even welk water in om het even welk recipiënt, maar dat klopt niet. Katten zijn net heel kieskeurige beestjes. Maak je maar geen zorgen: een kat zal enkel van een waterbron drinken wanneer ze ervan overtuigd is dat het veilig is. Wat jij dus bestempelt als ‘vies regenwater’, is in realiteit eigenlijk brandschoon! Tenzij ze geen andere keuze heeft, bijvoorbeeld omdat ze als zwerfkat geen toegang heeft tot vers drinkwater, zal een kat nooit van een verontreinigde bron drinken.
Daarom drinkt je kat niet van haar drinkbakje
Wanneer jouw kat haar neus ophaalt voor het water dat jij haar aanbiedt in een schoteltje of kommetje, dan heeft ze daar vaak een goede reden voor – vanuit het standpunt van je kat bekeken, althans. Stel jezelf in dat geval even onderstaande vijf vragen:
1. Staat haar drinkbakje op de juiste plaats?
Katten houden er niet van om te drinken in de buurt van hun ‘prooi’ of de plek waar ze hun behoefte doen, omdat dit het drinkwater kan vervuilen. Zet het drinkbakje dus ver genoeg van het eetbakje en de kattenbak en ververs het regelmatig, zodat het water altijd zuiver blijft. Zeker bij warm weer is dat erg belangrijk, want katten houden niet van lauw water.
2. Heeft je kat voldoende drinkplekjes?
Ook in het wild zal een kat niet elke keer op dezelfde plaats gaan drinken, bijvoorbeeld omdat er vijanden op de loer liggen of omdat een bepaalde bron niet langer toegankelijk is. Katten gaan graag af en toe op zoek naar een nieuwe drinkplek, dus voorzie je best kommetjes met water op meerdere plaatsen in huis, die je regelmatig eens van plaats verandert. Zo raakt je kat niet verveeld! Ook een drinkfonteintje nodigt uit om wat vaker te drinken.
3. Gebruik je een drinkbakje in het juiste materiaal?
Katten hebben een heel gevoelige neus én smaakzin. Plastic kommetjes kunnen een bepaalde geur of smaak afgeven en bovendien na verloop van tijd verslijten. Door herhaaldelijk schoonmaken met een schuursponsje of in de vaatwasser, komen er kleine krasjes in het plastic waarin bacteriën zich ophopen. Daar haalt poeslief haar neus voor op! Keramiek, metaal of glas is de betere keuze voor een drinkbakje. Zorg ook steeds dat er geen zeepresten achterblijven wanneer je het bakje afwast, want ook daar houden katten niet van.
4. Is het drinkbakje groot genoeg?
De vorm van het drinkbakje moet passen bij de anatomie van je kat, en daarmee bedoelen we: de lengte van haar snorharen. Wanneer die gevoelige tastharen de rand van het bakje steeds raken tijdens het drinken, is dit vervelend voor je kat en zal ze vanzelf minder drinken of andere bronnen opzoeken. Zorg dus voor een ondiep kommetje met een brede rand.
5. Heeft jouw leidingwater een smaakje?
De samenstelling van ons leidingwater verschilt van gemeente tot gemeente en dat kunnen we zelf ook proeven, bijvoorbeeld wanneer er veel kalk in het water zit. Voor de gevoelige smaakpapillen van een kat kan dit een echte dealbreaker zijn. Overweeg in dat geval om een waterontharder te installeren of gebruik een speciale waterfilterkan zodat je kat steeds zuiver, gefilterd water kan drinken. Je kan ook regenwater opvangen (bijvoorbeeld in een regenton) en dat binnen aan je kat aanbieden. Zorg er wel voor dat het rechtstreeks uit de lucht opgevangen wordt en niet eerst over je dak of regenpijp loopt, want zo kan het alsnog vervuild raken.
Katten zijn niet alleen kieskeurige beestjes, het zijn ook nog eens van nature slechte drinkers. Zie je jouw kat dus van eender welke (veilige) waterbron drinken, dan kan je dat alleen maar aanmoedigen. Tenzij ze plots héél veel drinkt, want dan heeft ze mogelijk last van een medische aandoening. Drinkt je kat regelmatig van regenplassen, dan is het altijd een goed idee om haar regelmatig preventief te ontwormen. Zeker bij warm weer is stilstaand water een broeihaard voor allerlei beestjes waar je kat ziek van kan worden. Voorzie zeker in de zomer dus wat extra drinkplekjes met schoon water.