Beestig

Menseneten is voor mensen

Een frietje voor je tamme rat, een sliert spaghetti voor je papegaai, een stukje kaas voor je kanarie … Heerlijk, toch? Alleen zijn deze lekkere hapjes eigenlijk niet voor dieren, maar voor mensen gemaakt. En zelfs wij moeten opletten dat we er niet te veel van eten. Net zoals je zelf ook niet elke dag naar de frituur gaat voor een pak frieten met mayonaise en stoofvlees, stop je je huisdieren maar beter niet vol met allerlei voeding die ongezond voor hen is. 
 
“Maar hij eet het zo graag”, hoor je dan van baasjes, wanneer ze bij de dierenarts belanden met hun huisdier met overgewicht en bijbehorende gezondheidsproblemen. Je maatje op een strikt dieet van ‘saai dierenvoer’ zetten, geeft je misschien het gevoel alsof je niet goed voor hem zorgt. Maar niets is minder waar! Je doet je huisdier er net een groot plezier mee om hem van bij het begin enkel voeding te geven die voor de diersoort in kwestie bedoeld is. Wat hij niet kent, kan hij ook niet missen. Al kan het per uitzondering natuurlijk ook geen kwaad, maar toch hou je je best aan de regel: menseneten is voor mensen, dierenvoer is voor dieren. 

Hoe overgewicht voorkomen?

Hou er altijd rekening mee dat je huisdier veel minder voeding nodig heeft dan wij. Bovendien krijgt een dier in gevangenschap ook niet zoveel beweging als in de natuur, wat het lastiger maakt om overtollige calorieën te verbranden. Hoe kan je overgewicht dan voorkomen? Simpel: ken het ideaalgewicht van je dier en zet ’m regelmatig eens op de weegschaal. Dan kan je kort op de bal spelen mocht je zijn gewicht plots opmerkelijk zien toenemen. Zoals zo vaak het geval is, is voorkomen dus belangrijker dan genezen!
 
Wij geven graag enkele specifieke tips om overgewicht bij jouw bijzondere huisdier te voorkomen.
 

• Konijnen: geef gezonde snacks
  In dierenwinkels kan je vaak speciale snoepstokken voor konijnen vinden. Opletten hiermee, want deze snacks zitten bomvol honing en suiker! Voor je langoortjes betekenen ze een recept voor gezondheidsproblemen: niet alleen worden ze er veel te dik van, ook gaat de suiker gisten in hun darmen, wat voor heel wat ongemak zorgt. Wil je jouw konijnen een extraatje gunnen? Kies dan voor een gezond tussendoortje zoals wat groenvoer of probeer eens een homemade konijnenijsje op basis van fruit of groenten.
   
• Ratten: raak niet in de verleiding
  Heb je al eens een rat gezien die een stukje kaas, een nootje of een ander lekker hapje in zijn voorpootjes vastpakt en oppeuzelt? Dan weet je ook hoe onwaarschijnlijk schattig dit eruitziet. Geen wonder dus dat de verleiding voor veel rattenbaasjes groot is om hen voortdurend eten te voeren. Ratten zijn echte zoetekauwen, die letterlijk bijna alles lusten en dus regelmatig met serieus overgewicht kampen. Bovendien zijn het superintelligente beestjes, die heel goed weten hoe ze het moeten aanpakken om hun zin te krijgen. Ons advies: laat je niet omkopen en leer je rat van jongs af aan alleen zijn eigen voer te eten. Wil je je rat vertroetelen, dan doe je dat beter door hem veel aandacht te geven door samen te spelen.
   
• Reptielen: volg het natuurlijke eetpatroon
  Een reptiel zal alleen eten als hij écht honger heeft. Tussen twee maaltijden in kan hij soms zelfs enkele weken zonder voeding! Voor deze geschubde diertjes is het dan ook allesbehalve natuurlijk om voortdurend toegang tot eten te hebben. Overgewicht zien we vooral bij varanen, maar ook de baardagame wil weleens wat kilootjes te veel meedragen. Dat komt meestal omdat hun baasjes hen sprinkhanen en andere insecten blijven voeren, terwijl de baardagame – eens volwassen – overschakelt van een dierlijk naar een plantaardig eetpatroon. Krijgen ze te veel dierlijke eiwitten binnen, dan worden ze niet alleen dik, maar krijgen ze ook problemen met hun ingewanden, zoals de lever en de nieren, wat hen uiteindelijk zelfs fataal kan worden.

Kan je je huisdier ook te veel aandacht geven?

Je denkt nu misschien: “Verwennen met eten is dus geen goed idee, dan zal ik mijn huisdier maar overladen met fysieke aandacht”. Laten we je dan eerst en vooral een weinig populair, maar desalniettemin erg belangrijk advies geven: een huisdier is géén speelgoed of knuffelbeest. Op enkele uitzonderingen na worden de meeste dieren niet graag opgepakt, geaaid of aangeraakt. Eigenlijk worden ze liefst van al gewoon met rust gelaten. En als ze geen zin hebben in jouw liefkozerij, dan zullen ze dat vrij goed aangeven, bijvoorbeeld met een dreigende grom of een welgemikte hap in je vingers.
 
Een groot misverstand is dan ook dat konijnen en knaagdieren de ideale huisdiertjes zijn voor gezinnen met kleine kinderen, omdat ze er nu eenmaal zo lief en pluizig uitzien. Konijnen zijn echter prooidieren, die helemaal niet graag opgepakt worden, omdat dit voor hen heel bedreigend overkomt. Voor hen voelt het alsof een roofvogel hen van de grond plukt, om vervolgens genadeloos te worden opgepeuzeld. Wil je toch graag een knaagdier als huisdier voor je kinderen? Dan kies je beter voor een koppel cavia’s, die aanrakingen nog het beste verdragen.

Leg je konijn of knaagdier ook nooit op zijn rug! Dat je huisdiertje in die (geforceerde) houding onbeweeglijk voor zich uit blijft staren, heeft niets met jouw hypnose-skills te maken, maar alles met het cortisolgehalte in zijn bloed dat pijlsnel zal pieken. Als je weet dat cortisol ook wel het ‘stresshormoon’ wordt genoemd, dan weet je al dat je konijntje of knager hier absoluut geen plezier aan beleeft. In extreme gevallen kan dit zelfs een hartaanval uitlokken.
 
 

Hoe moet het dan wel?

De meeste mensen bedoelen het natuurlijk niet slecht, en zeker kinderen weten vaak niet beter. Net daarom is het de taak van de ouders om hun kinderen correct te leren omgaan met hun huisdieren. De meeste gedragsproblemen bij huisdieren ontstaan namelijk omdat de baasjes – dikwijls uit onwetendheid – geen rekening houden met de behoeften van het dier.
 
Hoe kan je dan wel best knuffelen met je knaagdieren of konijnen? Ga op de grond zitten en laat je huisdiertjes zelf beslissen of ze zin hebben om naar je toe te komen of op je schoot te kruipen. Is dat het geval? Dan kan je hen voorzichtig strelen. Dwing hen echter nooit om op je schoot te blijven zitten terwijl ze duidelijk tegenstribbelen!