Bij meer dan 50% van de vrouwelijke, niet-gesteriliseerde cavia’s kunnen ovariële cysten – of cysten op de eierstokken – voorkomen. Veel kans dus dat ook jouw cavia er op een dag mee te maken krijgt! Gelukkig kan je deze cysten eenvoudig behandelen én voorkomen, zegt dierenarts Tom van Dierenartsencentrum Trigenio.

 
Hoe herken je ovariële cysten bij een cavia?

Ovariële cysten of cysten op de eierstokken ontwikkelen zich bij oudere cavia’s, meer bepaald vanaf een leeftijd van drie jaar of ouder. Niet alle cavia’s met ovariële cysten ontwikkelen klachten – bij hen verloopt de aandoening dus asymptomatisch. Meestal is dat het geval wanneer de cysten heel klein blijven en ze dus ook niet opgemerkt worden. Krijgen ze wel symptomen, dan zijn die redelijk typisch:
 
  • lusteloosheid
  • minder eetlust met vermageren tot gevolg
  • haaruitval op de flanken (zonder jeuk)
  • bloederige urine
  • mannelijk gedrag vertonen, zoals agressie naar soortgenoten (omwille van de productie van hormonen door de cysten)
 
Wanneer deze symptomen opduiken, is de kans heel groot dat het om een ovariële cyste gaat. Behalve tandproblemen is dit de aandoening die het vaakst voorkomt bij cavia’s. De officiële diagnose wordt echter steeds gesteld na een klinisch onderzoek bij de dierenarts. Meestal voel je zo’n cyste in de buik van een cavia heel goed zitten: het voelt als een harde, met vocht gevulde bal en kan gemakkelijk een doorsnede van 5 of 6 centimeter krijgen. Door de zwaartekracht krijgt de ophangband van de eierstok met de cyste behoorlijk wat gewicht te dragen. Dat is een pijnlijke affaire voor je cavia. Snel ingrijpen is dan ook de boodschap!
Een ovariële cyste voelt als een harde, met vocht gevulde bal en kan gemakkelijk een doorsnede van 5 tot 6 centimeter krijgen
Is er nog twijfel bij de dierenarts of het wel zeker om een cyste gaat, dan voert hij een echografie of een biopsie uit om andere aandoeningen uit te sluiten.
 
 

Hoe kan je ovariële cysten bij een cavia behandelen?

Een cavia kan drie verschillende soorten ovariële cysten krijgen, die elk op een andere manier behandeld worden. Sterilisatie is de beste en meest voor de hand liggende oplossing: door de eierstok weg te nemen, verwijder je meteen ook de cyste. De dierenarts maakt dan een kleine insnijding in de flanken, waarlangs de eierstokken netjes uit de buik gehaald worden. Omdat een ovariële cyste best groot kan worden, is het soms nodig om er eerst het vocht uit te trekken vooraleer de eierstokken verwijderd kunnen worden.
Operatief verwijderen van een eierstok met ovariële cyste bij cavia
Sterilisatie is de meest efficiënte oplossing: door de eierstok weg te nemen, verwijder je meteen ook de cyste
Er bestaat ook een hormonale behandeling met behulp van een implantaatje, maar die werkt slechts bij één van de drie types ovariële cysten. Bij het klinisch onderzoek kan de dierenarts echter niet zien om welk type het gaat – ze voelen allemaal als een gevulde blaas. Daarom wordt sterilisatie via een operatie steeds als meest efficiënte behandeling naar voren geschoven. 
 
 

Hoe kan je ovariële cysten bij cavia’s voorkomen?

Preventief steriliseren is de beste manier om cysten te voorkomen: zonder eierstokken kunnen zich immers ook geen ovariële cysten vormen. Daarnaast kan sterilisatie je cavia ook voor eierstokkanker behoeden en ook de kans op baarmoederkanker is gevoelig kleiner na sterilisatie. 
 
Maar er is nog een bijkomende voordeel verbonden aan preventieve sterilisatie: wanneer je meerdere cavia’s houdt – wat sowieso altijd aan te raden is – ben je meteen ook verlost van het risico op ongewenste nestjes. En dat is vooral belangrijk voor cavia’s van één jaar of ouder. Wanneer zij dan pas voor het eerst een nestje krijgen, ontstaan er dikwijls problemen tijdens de bevalling. 
 
Hoe dat komt? Onderaan het bekken van de cavia zitten de schaambeenderen, die na ongeveer een jaar aan elkaar vastgroeien – de ‘symfyse’ of schaambeenvoeg, heet deze botverbinding – met als gevolg dat de caviababy tijdens de geboorte komt vast te zitten. Een keizersnede is dan de enige manier om de bevalling tot een goed einde te brengen. Daarom zal een caviakweker zijn vrouwtjes altijd laten dekken rond de leeftijd van zes maanden, zodat de bevalling op acht maanden plaatsvindt. Tijdens de geboorte kunnen de bekkenbeenderen zich dan nog openen zodat het jong gemakkelijk door het geboortekanaal kan passeren. Nadien kan de caviamoeder dan zonder problemen nog verschillende nestjes op de wereld zetten.
 
 

Deel dit artikel

Aanbevolen artikelen