Graag een speelse vriend in huis die met iedereen overweg kan en schrikt de grootte je niet af? Dan is de Duitse dog misschien wel ideaal voor jou! 

Oorsprong – waar komt de Duitse dog vandaan?

De Duitse dog heette oorspronkelijk de Deense dog, maar komt wel uit Duitsland (om het nog wat verwarrender te maken). Gelukkig mogen we het ras vandaag simpelweg de Duitse dog noemen. Het ras werd oorspronkelijk gefokt om het domein van de adel te beschermen en op wilde zwijnen te jagen, wat slechts weinig honden konden. De voorouders waren waarschijnlijk Tibetaanse doggen en Engelse drijfhonden. Voornamelijk de kruisingen tussen de mastiff en de Ierse wolfshond werden gebruikt tijdens het fokken.
 
Het ras zoals we het vandaag kennen, ontstond pas in 1800. In 1880 beslisten de Duitsers om de naam ‘Deense dog’ te bannen en de hond de ‘Deutsche Dogge’ (dus Duitse dog) te noemen. In Engelstalige landen bleef de naam wel ‘great Dane’. In 1891 werd de rasstandaard vastgelegd. Ondanks hun verleden als jachthond, is het ras vandaag vooral een gezelschapsdier en op de tweede plaats een waakhond.
 
 

Uiterlijk – hoe herken je een Duitse dog?

De Duitse dog is een heel grote hond. Daardoor heeft het ras een indrukwekkende en trotse uitstraling. Het lichaam van de hond is heel gespierd en ziet er sterk uit. De borstkas is vooruitstekend en de buiklijn is opgetrokken. De voorpoten staan heel recht, wat aan dat sterke maar elegante uiterlijk bijdraagt. Ook de kop is speciaal. Langs de bovenkant is deze smal en plat en de wenkbrauwen zijn heel duidelijk aanwezig. Daarnaast heeft het ras hangoren. Vroeger werden deze gecoupeerd wanneer puppy’s ongeveer zeven weken oud waren, maar vandaag is dat bij ons gelukkig verboden (dat is echter niet in alle landen zo). Ook de nek is sterk en lang. De vorm van het gezicht en de kenmerken eigen aan de Duitse dog, zorgen ervoor dat hij heel zacht en lief overkomt. Zeker de uitgesproken, fronsende wenkbrauwen van het dier dragen daartoe bij.

De korte, steile en gladde vacht van de Duitse dog kan in verschillende kleuren voorkomen: zwart, reebruin, blauw, harlekijn (wit met zwarte vlekken), platenbont, goudgeel en gestroomd.
 
 

Grootte en gewicht – hoe groot en hoe zwaar wordt de Duitse dog?

Reuen worden minstens 80 centimeter groot en teven zijn minimaal 72 centimeter groot. Bij allebei kan het gewicht erg variëren. De meeste honden hebben een gewicht tussen de 50 en 80 kilogram.

Lees hier alles over de Duitse dog
Een Duitse dog op een kussen

Karakter en opvoeding – de Duitse dog is een lieve vriend voor het hele gezin

Duitse doggen zijn enorm vriendelijk en speels. Ze houden van kinderen en spelen graag spelletjes. Let natuurlijk altijd op met de kleinste kindjes zodat deze niet per ongeluk omvergelopen worden door je viervoeter! Duitse doggen zijn heel aanhankelijk en beschermend. Ze zullen zonder twijfel jouw gezin en al hun dierbaren beschermen. Ze kunnen daarbovenop ook goed overweg met andere dieren als ze samen zijn opgegroeid. Wanneer ze in contact komen met vreemde mensen of dieren kan het wel zijn dat ze zich beschermend en eventueel een tikkeltje agressief opstellen.

Toch kan dit gedrag makkelijk omgebogen worden, want de Duitse dog is makkelijk op te voeden. Het is een heel rustig ras dat zich niet snel opjaagt. Het is dus een plezier deze hond te trainen. Het is wel heel belangrijk een consequente opvoeding te hanteren. Als je de Duitse dog met respect opvoedt, zal je evenveel respect terugkrijgen. Jouw hond zal je dan met liefde bewaken en beschermen!

De Duitse dog is zich heel bewust van zijn kracht, maar heeft wel nood aan voldoende beweging om zijn energie kwijt te kunnen. Een grote tuin om in rond te lopen, is niet voldoende. Beter is het om actief bezig te zijn met je hond. Wandelingen zijn een must voor deze grote vriendelijke reus. Wanneer hij zijn energie buiten kwijt kan, zal hij binnen heel rustig zijn. Het is ook aan te raden om de hond in zijn puppytijd al zoveel mogelijk dingen aan te leren. Op latere leeftijd is dit al veel moeilijker en zal de hond moeilijker te controleren zijn. Denk er bijvoorbeeld aan om hem al snel te leren om mee te lopen aan losse leiband, want een volwassen Duitse dog trekt je zo omver! 
 
 

Voeding en verzorging – welke verzorging heeft een Duitse dog nodig?

Door zijn grootte heeft de Duitse dog behoefte aan veel voeding. Toch is het belangrijk niet te veel voeding in een keer voor te schotelen. De Duitse dog is namelijk heel erg gevoelig voor maagkanteling (zie verder bij ‘Gezondheid en levensverwachting’). Daarom is het beter het nodige voedsel te verdelen over meerdere maaltijden per dag.

Na het eten heeft de Duitse dog nood aan rust en misschien wel een dutje zodat zijn eten kan zakken. Dat voorkomt zo'n maagkanteling. Nadat het eten gezakt is (meestal na anderhalf uur) of voor het eten kan je een flinke wandeling maken. De Duitse dog geniet er enorm van wanneer hij ergens kan rondrennen. Zeker wanneer je zelf geen grote tuin hebt, is het belangrijk deze ruimte tijdens wandelingen te voorzien. Ook gehoorzaamheidstraining en speurspelletjes kunnen leuk zijn voor de Duitse dog.
 
De korte vacht vereist niet veel verzorging. Door die vacht is er ook geen duidelijke ruiperiode, maar verliest het ras het hele jaar door haar. Eén keer per week borstelen volstaat om haren in huis tot een minimum te beperken. 

Lees hier alles over de Duitse dog
Een zwart met witte Duitse dog

Gezondheid en levensverwachting – voor welke kwaaltjes en ziektes is de Duitse dog vatbaar?

Gemiddeld wordt de Duitse dog 6 à 8 jaar. Het ras is gevoelig voor enkele aandoeningen:
 

  • Maagtorsie (maagkanteling): doordat de maag verdraait, ontstaat er gasophoping. Dat kan levensbedreigend zijn. Je herkent de ziekte door een opzetting van de buik, braakneigingen, een moeizame ademhaling en algemene pijn. Ga snel naar de dierenarts wanneer je hond deze symptomen vertoont, hij moet meteen geopereerd worden!
     
  • Heupdysplasie (HD): een afwijking aan het heupgewricht.
     
  • Elleboogdysplasie (ED): een verzamelnaam voor allerlei erfelijke aandoeningen aan de elleboog.
     
  • Epilepsie: aanvallen als gevolg van bepaalde prikkels, net als bij de mens.
 
 

Waarop moet je op letten bij het kiezen van een Duitse dog?

Het is heel belangrijk om naar de leefomstandigheden en de algemene toestand van je toekomstige hond te kijken, zowel bij een fokker als in een asiel. Volgende zaken kunnen je helpen om een goede fokker te herkennen:
 

  • Zijn er meer dan 2 nestjes aanwezig? Dan heeft de fokker niet genoeg tijd om zich met alle dieren voldoende bezig te houden.
     
  • Worden er meer dan 2 rassen gefokt? Dan is men waarschijnlijk uit op geldgewin in plaats van gezonde, stabiele honden.
     
  • Zijn de oren schoon en is de vacht proper en glimmend?
     
  • Zien de ouderdieren er gelukkig uit? En zijn ze getest op erfelijke ziektes?
     
  • Een goede fokker verkoopt pups die gechipt, geregistreerd, ontwormd en ingeënt zijn.
     
  • De pup heeft een officiële stamboom.

 
Wanneer je besluit een hond uit het asiel een nieuw leven te schenken, vraag je best steeds naar de achtergrond van het dier om zeker te zijn dat de hond bij jouw gezinssituatie past. Het voordeel van een asielhond is dat het karakter reeds gekend is én dat de hond meestal al zindelijk is en kan meelopen aan de leiband. 

Ben je na het lezen van dit artikel overtuigd dat de Duitse dog ideaal is voor jou? Waar wacht je dan nog op!
 
 

Deel dit artikel

Aanbevolen artikelen